Zonnepanelen
Een manier om te besparen op elektrische energie is het plaatsen van zonnepanelen.
Zonnepanelen wekken een spanning op van 42 Volt gelijkstroom die in een converter wordt omgezet in 230 Volt wisselstroom. Er zijn twee soorten omvormers maar daarover later meer.
Deze kan men zelf gebruiken of, als er teveel wordt opgewekt, terugleveren aan het elektriciteitsnet.
Vermogen van zonnepanelen:
Het vermogen van een zonnepaneel wordt uitgedrukt in Wattpiek (Wp). Dit is het vermogen dat 1 m² zonnepaneel opwekt onder de meest gunstige omstandigheden bij een instraling van 1000 W/m2. Het rendement van een zonnepaneel bedraagt momenteel ca. 20 % zodat 1 m2 ca. 200 Watt levert. Een paneel van ca. 2 m2 levert ongeveer 400 Wp. Voor de jaaropbrengst rekent men met 85% van het maximale geïnstalleerde vermogen. Een paneel van 400 Wp levert onder Nederlandse omstandigheden dan 340 Watt gemiddeld.
Het rendement van een zonnepaneel zal naar verwachting in de komende jaren hoger worden.
12 panelen van 400 Wp leveren 12 x 400 x 0,85 =4080 kWh per jaar
Aansluiten van zonnepanelen:
Er zijn 2 mogelijkheden om zonnepanelen aan te sluiten:
1. Op een bestaande groep met verbruikers;
2. Op een aparte groep zonder verbruikers;
Op een bestaande groep met verbruikers mag men maximaal 500 Watt aan zonnepanelen aansluiten. 500 W /230 Volt levert 2,2 Ampere.
Er kan dus achter de zekering van 16 Ampere maximaal 18,2 Ampere door de leiding lopen. Dit is toegestaan. Bij grotere stromen kan er oververhitting van de bedrading ontstaan en is er brandgevaar.
Op een aparte groep zonder verbruikers en afgezekerd met 16 Ampère kan men veilig 16 x 230 = 3680 Watt aansluiten.
Zonnepanelen kunnen gewoon via een wandcontactdoos worden aangesloten.
Nu de energieprijzen vrij hoog zijn geworden is de terugverdientijd geen enkel probleem meer.
Bovendien kan men tot 1 januari 2023 de betaalde BTW bij de belastingdienst terug vorderen. Dit geldt niet alleen voor de panelen maar ook voor een eventuele nieuwe groepenkast en arbeidsloon.